Ben & Jerry's: Unilever schendt een fusie-overeenkomst uit 2000

SOUTH BURLINGTON - Unilever schendt een fusie-overeenkomst uit 2000 door de activiteiten van ijsfabrikant Ben & Jerry's in Israël over te dragen aan een licentiehouder die hun producten op de West Bank kan verkopen. Dat hebben de oprichters van Ben & Jerry's, Ben Cohen en Jerry Greenfield, zondag gezegd op de Amerikaanse televisiezender MSNBC. Dat meldt Reuters.

"Die overeenkomst gaf autoriteit over de sociale missie aan het onafhankelijke bestuur van Ben & Jerry's. Unilever heeft zich die autoriteit onrechtmatig toegeëigend en een genomen besluit teruggedraaid, en we kunnen niet toestaan dat dit gebeurt, we kunnen niet passief toekijken", aldus Ben Cohen. Medeoprichter Jerry Greenfield zegt dat de overeenkomst juridisch bindend is en moet worden nagekomen.

Unilever behoudt zich het recht voor om operationele beslissingen te nemen voor Ben & Jerry's. Unilever zegt dat de verkoop aan Avi Zinger niet ongedaan kan worden gemaakt. Er loopt een rechtszaak van Ben & Jerry's tegen Unilever inzake de verkoop van de Israëlische activiteiten. Unilever moet daarop voor 1 november reageren.

In juli 2021 besloot Ben & Jerry's om geen ijs meer te verkopen in Palestijnse gebieden die door Israël zijn bezet, omdat dit niet in lijn zou zijn met de progressieve waarden en sociale missie die Ben & Jerry's bevordert. Het besluit leidde tot kritiek van beleggers op Unilever. 

Het bedrijf wordt in Israël verkocht aan Avi Zinger, eigenaar van branchegenoot American Quality. Door de verkoop blijft Ben & Jerry's onder de Hebreeuwse en Arabische naam toch beschikbaar in Israëlische nederzettingen in Palestijns gebied.





Laatste nieuws